Ontworming

<naar hoofdpagina katten>

Katten zijn vaak besmet met wormen. Vooral infecties met spoelwormen en lintwormen komen voor in ons land. Deze wormen zijn voornamelijk gevaarlijk voor kittens. Ze kunnen via de moedermelk besmet worden, daarom moet al vroeg begonnen worden met ontwormen.

Wormen zijn veelvoorkomend en uw kat kan er op verschillende manieren mee besmet raken. Alle katten snuffelen graag rond. Als één van die plaatsen besmet is door wormeieren, krijgt uw kat er automatisch een paar op de pootjes, vacht of neus. Het dier hoeft zich vervolgens maar even te likken om de wormeieren binnen te krijgen. Bovendien kunnen wij zelf de eitjes via onze schoenen mee in huis brengen. Een andere bron van besmetting zijn prooien (tussengastheren), zoals vogels en muizen. Ook vlooien fungeren als tussengastheer.

Mensen kunnen besmet worden met spoelwormen via hun huisdier en hier ziek van worden. Naast het ontwormen is tevens hygiëne bij de omgang met huisdieren van belang, met name voor kinderen.
Typische klachten van een worminfectie bij de kat zijn diarree, een opgezwollen buikje, gewichtsverlies en een doffe vacht. Maar lang niet alle worminfecties geven zichtbare verschijnselen. Alle reden dus om uw kat regelmatig te ontwormen. Kittens kan u best tijdens de twee eerste levensmaanden om de twee weken ontwormen, vanaf de leeftijd van drie maanden maandelijks en vanaf de leeftijd van een half jaar om de drie maanden. Een volwassen dier kan u best viermaal per jaar ontwormen, zeker als het om een kat gaat die regelmatig een prooi vangt.

In onze praktijk zijn verschillende ontwormingsmiddelen voorradig. Wij adviseren u graag over het meest geschikte middel en de juiste dosering voor uw kat.

<naar hoofdpagina katten>